Feyenoord beschikt met Tsuyoshi Watanabe en Anel Ahmedhodzic opnieuw over een sterk centraal verdedigingsduo. Toch maakte het tweetal bij de tegentreffers tegen PSV geen al te beste indruk. In Studio Voetbal nam Pierre van Hooijdonk hun aandeel in de 2-3 nederlaag onder de loep.
“Feyenoord had het best moeilijk. Met name in de eerste helft, waarin ze gewoon heel veel achter de bal aan moesten lopen”, begon Van Hooijdonk, voor hij op de prestaties van het defensieve duo inging. “Bij de 0-1 zet Watanabe veel te vroeg de sliding in. De bal lag nog helemaal niet goed voor Saibari om te schieten, maar hij ging er al voor. Bij de tweede goal moest hij het schuin aflopen. Dan maakt hij het Saibari een stuk moeilijker. En bij de derde goal verliest Watanabe eenvoudig het kopduel van Til. Daarna verliest Ahmedhodzic erg makkelijk zijn duel van Saibari.”
“Ze hebben met z’n tweeën veel complimenten gekregen, maar bij de goals zijn ze wel steeds betrokken.” Of dat betekent dat ze een slechte wedstrijd hebben gespeeld? “Je moet het vergelijken met een keeper. Als die alles tegenhoudt, maar één bal door z’n handen laat glippen, heeft hij dan goed of slecht gespeeld? Zo was het bij de twee centrale verdedigers van Feyenoord ook. Ze zaten er ontzettend vaak tussen, maar ze staan er wel slecht op bij de tegengoals.”
Theo Janssen haakt in. “Ze spelen zonder echte spits, met lopende mensen die steeds in de ruimtes komen. Voor een centrale verdediger is dat toch lastig.” Van Hooijdonk beaamde dat: “Ze hadden moeite met Til. Hij zakte steeds uit en dat is het moment dat je een keuze moet maken. Dek je niet door, dan is Til de vrije man. Als PSV die weet te vinden, dan kom je er niet meer aan te pas en word je van het kastje naar de muur gespeeld. Dat ligt wel bij de centrale verdedigers.”



