Mannou Berger en Djomar Giersthove zullen naar verwachting komend seizoen niet tot de selectie van Feyenoord 1 behoren. Toch kregen ze de gelegenheid om tijdens de voorbereiding te ervaren hoe het is om deel uit te maken van het team. Brian Priske nam beide talenten mee op trainingskamp naar Oostenrijk, en ook waren ze aanwezig bij de oefenwedstrijden.
“Het is leuk. Trainingskamp is wel altijd hard werken, maar om de jongens hier mee te maken is toch anders”, vertelt Berger tegenover Feyenoord ONE. “Normaal heb je trainingen en ga je daarna weer naar huis. Nu maak je elkaar elke dag mee. Zowel bij het ontbijt als bij het diner. Je trekt meer met elkaar op. Dat is voor het teamgevoel ook wel goed. Het is wel een groep waar je je makkelijk kan aanpassen en je wordt goed opgevangen.”
“Het is natuurlijk een grote eer en denk ik ook een compliment naar hoe je afgelopen seizoen hebt gepresteerd”, gaat de 19-jarige doelman verder. Het verschil met de jeugd in trainingen en intensiteit is goed te merken, zo vertelt Giersthove. “Het zijn echt mannen waar je mee speelt. Ze zijn sneller, sterker en slimmer.” Priske vond een aantal dingen belangrijk bij het meenemen van de jeugdspelers. “We moesten zorgen dat we onszelf bleven en dingen proberen op te pakken van de oudere spelers. Ik ben met John de Wolf vooral bezig geweest met het koppen en de timing daarvan.”
De jongelingen voelen wel druk om zichzelf te bewijzen. “Wat ik bij mezelf wel merk, is dat ik een rustige jongen ben. Als verdediger bij Feyenoord moet je echt veel coachen en neerzetten. Ik speel nu ook met andere spelers en echte profs. Dat was voor mij wel moeilijk, maar John de Wolf heeft mij geholpen”, laat Giersthove weten.
Vooral de mensen om hem heen wijzen Berger erop hoe bijzonder het is wat hij op dit moment mee mag maken. “Dat dringt dan pas tot je door hoe speciaal het eigenlijk is. Dat is wel iets wat ik vaak vergeet. Je wil je bewijzen en van je beste kant laten zien, maar echte druk valt wel mee.”