Santiago Gimenez is al weken zoekende naar zijn vorm. Waar de Mexicaan voorheen aan de lopende band scoorde, lijkt hij nu maar moeilijk het net te vinden. In de AD Voetbalpodcast bespreken de heren de vorm van de spits van Feyenoord.
“Het is heel bijzonder”, begint journalist Johan Inan. “We hebben begin dit seizoen ook Brobbey besproken, waarbij zo’n beetje heel Nederland het had over zijn gebrekkige afronding. Dat was namelijk ook het verhaal van hem: dat hij heel vaak een één-op-één miste. Nu zie je dat hij vrij makkelijk tot scoren komt en Gimenez ze er juist niet meer in krijgt. Dat is onverklaarbaar en ik heb er wel van geleerd dat je het met een korreltje zout moet nemen. Dat een spits tien wedstrijden niet scoort, dat is slecht, heel slecht zelfs, maar er komt vanzelf wel weer een fase dat ze er allemaal in vliegen.”
Waarom lijkt het de laatste tijd niet te lukken bij Gimenez? “Dat is best lastig. Hij is natuurlijk in een iets andere samenstelling komen te spelen zonder pure vleugelaanvallers naast zich. Vaak met Bart Nieuwkoop en dat soort dingen. Vorig seizoen scoorde hij ook heel veel en had hij Szymanski achter zich, die doet het nu verschrikkelijk goed in Turkije. Dat is gewoon een geweldige speler. Of een stukje vertrouwen dat als het een paar keer niet lukt, dat er ook iets uitkomt van onzekerheid.”
Toch zal Gimenez zijn vorm snel terug moeten vinden wil hij voor een recordbedrag Feyenoord verlaten. “Gaat Gimenez voor vijftig miljoen De Kuip uit of wordt het een soort Jorgensen? De waarheid zal ergens er tussenin liggen denk ik.” Etienne Verhoeff vult aan: “Waar je ook naar kijkt is wat een spits verder brengt in een wedstrijd. Bij Luuk de Jong, toen hij zo lang niet scoorde bij PSV, was het een worsteling omdat hij de doelpunten niet maakte, maar tussendoor werd hij nog wel in het spel betrokken. Dat zie je bij Gimenez ook niet heel erg. Het is geen spits die even kan schakelen naar een andere type rol.”
Toch ligt de oorzaak niet alleen bij de Mexicaan zelf. Ook op de aanvoer vanaf de flanken is de nodige kritiek. “Daar ligt vooral de taak van de trainer van hoe hij zijn elftal laat spelen en waar hij moet uitkomen om de spits te kunnen bedienen.”