Feyenoord won gisteren van Almere City, maar overtuigend was het allerminst. In de AD Voetbalpodcast bespreekt Feyenoord-watcher Mikos Gouka het spel van de Rotterdammers.
“Als je de afgekeurde goal niet meerekent, was de goal van Minteh de eerste bal tussen de palen”, zegt Gouka. “Daarna had Almere ook nog wel wat kansjes. Het was een erg moeizame wedstrijd en eigenlijk het tegenovergestelde van wat je normaal ziet. Meestal geven ze amper iets weg, maar is de eerste kans van de tegenstander een goal. Nu hebben ze voor Feyenoord-begrippen heel veel kansen weggegeven en zelf hun eerste kans benut.”
De Feyenoord-watcher gaat verder. “Donderdag speelden ze in een stadion waar 70.000 mensen zitten, nu waren het er een paar duizend en was het uitvak in het begin ook nog leeg. Dat is gewoon heel anders. Ik kan me voorstellen dat het voor spelers best moeilijk is om er weer anderhalf uur te staan als ze er al 120 gespeeld hebben in Rome, met dat resultaat. Daar wordt wel eens makkelijk over gedaan – ‘het zijn toch profs?’ – maar het is ook mentaal best zwaar.”
Minteh was met twee treffers belangrijk in Almere. “In De Kuip hoor je toch altijd een beetje gemor als hij weer aan een actie begint waarvan je al denkt: het zit erin dat dit niet gaat lukken”, merkt Gouka. “Maar deze jongen speelt pas twee jaar profvoetbal. Hij is ontdekt in Gambia en bij Odense als een komeet omhoog gegaan. Newcastle haalde hem, maar vond hem nog niet genoeg voor de Premier League. Ze zochten voor hem een club op hoog niveau en bij Feyenoord kon hij zelfs Champions League spelen.”
Toch ziet Gouka wel potentie in de Gambiaan. “In Gambia, en dat is geen grap, noemen ze hem Messi. Zijn medespelers vinden hem allemaal een grappige jongen. Hij woont tegenover De Kuip en supporters komen hem voortdurend op de fiets tegen. Daarom had ik eerder gedacht dat hij een cultheld zou zijn, in plaats van dat er gemor klinkt.”