Feyenoord heeft inmiddels het laatste competitieduel van 2023 gespeeld en gaat als nummer twee de winterstop in. In De Telegraaf laat Valentijn Driessen zijn licht schijnen op de prestaties van de Rotterdammers.
Driessen begint over de overtreding van Pröpper bij FC Twente en een rode kaart die gegeven had moeten worden aan een speler van Fortuna Sittard. “In beide gevallen heeft hij gelijk, maar de keren dat Feyenoord voordeel heeft gehad weten we niet, want je hoort geen enkele andere trainer hier over zeuren na afloop. Eén ding haalt hij nooit terug en dat is waardoor hij kampioen is geworden. En dat is dat Hartman vorig jaar in de ArenA na 20 minuten rood had moeten hebben. Zonder hem en met tien man had Feyenoord nooit kampioen geworden, omdat ze die wedstrijd niet hadden gewonnen. Dan had het een hele andere situatie geweest in de competitie, maar daar hoor je hem dan nooit over.”
Driessen is van mening dat het klagen van Slot onnodig is. “Ik weet niet waarom hij dit soort dingen blijft doen. Hij wil een soort erkenning die hij dan onvoldoende krijgt in zijn ogen.” Mike Verweij is het eens met de journalist. “Dat is toch wel interessant, want dat Slot een keer bij een topclub in Spanje, Engeland of Duitsland aan de slag gaat, dat lijkt me wel duidelijk. Maar hij is nog nooit een keer een hele serie onder druk gekomen. Dus als hij nu al klaagt over zulke momenten, dan wil ik hem wel eens zien als hij echt onder hele zware druk komt. Ik hoop dat hij dan ook een topcoach blijft, want ik denk wel dat hij dat in zich heeft. Zeker hoe hij zich vorig jaar gemanifesteerd en gepresteerd heeft. Alleen dit is gewoon doodzonde.”
“Het is natuurlijk een waanzinnige controlfreak”, besluit Driessen. “Hij wil alles in de hand hebben en onder controle houden en dat is gewoon heel moeilijk. Die Nederlandse media die kun je nog wel de baas zijn, maar als je zo straks in de Engelse of Spaanse media bent, dan ben je echt aan de beurt. In het buitenland daar lopen Driessens in het kwadraat en daar lopen er niet één of twee, maar daar lopen er wel tien rond en allemaal netjes gekleed maar met een enorme zaag in de binnenzak.”